Midden in een verliefdheid kunnen we ons vrij, onbezorgd en intens verbonden voelen met de ander. We zijn minder angstig, we durven meer risico’s te nemen en we hebben het gevoel dat we alles voor de liefde over hebben. Hoe kan dat eigenlijk? Hoe werkt ons brein als we verliefd zijn? Is het te verklaren dat we het risico nemen om vreemd te gaan, bijvoorbeeld? Of dat het soms kan voelen alsof de ander en jij samen één geheel zijn? In elkaar op lijken te lossen?

JA!

Deze Amerikaanse blog over verliefdheid en het brein las ik jaren geleden en ik vond daar enkele interessante verklaringen op de vele vragen die ik had. Voor het gemak heb ik de blog in mijn eigen woorden naar het Nederlands vertaald. De kennis uit de blog is naar mijn idee belangrijk om te weten omdat het een luikje opent naar een breder perspectief.

Als ik verliefd ben, leef ik in het moment en denk ik niet actief en serieus na over de toekomst. Maar met deze kennis in mijn achterhoofd, vervang ik roekeloosheid in mijn daden, door wijsheid. Zonder de kennis over verliefd worden en het brein, ben ik als een vrolijke, dronken tante op een feestje dat uitbundig op de tafel danst en bij het hard stoten van haar hoofd tegen een lamp, gierend van het lachen op de grond valt. Pas in de ochtend, vraagt ze zichzelf af of het niet verstandiger was geweest om drie glaasjes minder te nemen. Want dat had haar een enorme hoofdpijn en bult bespaard. En, had ze nou echt op een bepaald moment haar onderbroek uitgetrokken en naar haar altijd zo serieuze zwager gegooid? Of had ze dat gedroomd?

 

 

Die tante ben ik in de liefde als ik niet oplet en me laat meevoeren met de turbulente wind van mijn emoties. Maar met deze kennis verbind ik de Anne die ik ben als ik verliefd ben, samen met de Anne die ik ben als ik niet verliefd ben om zo belangrijke keuzes te kunnen maken. Het onderstaande geeft geen verklaring hoé dit proces in het brein in gang wordt gezet, maar het verklaart wel ons gedrag en ons gevoel.

Giovanna Castro, de schrijfster van de blog, schrijft: “Liefde, zoals seks, is een plezierige ervaring met beloning waar onze hersenen opzoek naar zijn. Liefde en lust zijn complementair aan elkaar en met elkaar verbonden, wat evolutionair gezien logisch lijkt omdat ze beiden helpen het ‘soort te overleven’. Puur evolutionair gezien hebben we seks om nageslacht te creëren en worden we verliefd op elkaar, en op ons baby’s, om beter voor hen te zorgen.”

 

Niet heel erg romantisch, ik weet het. Maar geloof me, het echte werk komt nog.

LET’S GET HORMONAL

De ervaring van de romantische liefde wordt geleid door de dappere hormonen dopamine, oxytocine en vasopressin (Debiec, 2007).

Een uitleg over deze neurotransmitters en wat deze precies doen:

Dopamine ken je misschien wel als de voornaamste neurotransmitter van het beloningsgevoel van het brein. Het speelt een belangrijke rol in zowel seksuele opwinding als het hebben van romantische gevoelens. Alle zoogdieren vinden seks (met consent uiteraard – Duh!) ‘belonend’, mensen (en andere wezens die in paren leven) registreren ook het hebben van een enkel iemand om mee te zijn belonend. Wanneer we in het gezicht kijken van onze geliefde, gaat het circuit van ons brein dat in beloning denkt ‘aan’. (Om precies te zijn de corpus stratum. En het nucleus accumbens: de aanliggende kern, welke een belangrijke rol lijkt te spelen bij positieve belevingen zoals verlangen, motivatie, passie en bevrediging.)

Long story short: Wanneer we in het gezicht kijken van onze geliefde, krijgen we een heerlijke scheut van dopamine, net zoals wanneer we seks hebben of drugs nemen.

 

Say what?

Oxytocine (ook wel het knuffelhormoon genoemd) en vasopressine zijn meer verbonden met hechting en binding. Dit weten vast wel de meeste mama’s die dit lezen! Het zijn de sleutelhormonen voor zowel romantische als ouderlijke hechting, die vrijgelaten worden tijdens een orgasme, de geboorte van een kind en borstvoeding. Deze hormonen komen ook vrij in de eerste fase van verliefdheid. Dus, eh, ze hebben het wel eens over een roze wolk na de bevalling (als je dat gegund is), nou: het is dus (volgens het brein) precies dezelfde wolk als verliefdheid.

En nu wordt het interessant, in samenwerking met het bovenstaande zijn er delen in het brein die minder geactiveerd worden tijdens verliefdheid. Wanneer we in die o, zo práchtige ogen kijken van onze geliefde, spelen er in de volgende belangrijke delen van ons brein een verminderde activiteit af: de amygdala, de frontale cortex, de pariëtale kwab en de mediale temporale kwab.

WELKE DELEN IN HET BREIN WERKEN MINDER GOED?

De Amygdala. De amygdala houdt zich bezig met angst en woede, wanneer deze minder geactiveerd wordt, is er een verminderde aanwezigheid van deze emoties. Dit verklaart waarom we ons zo veilig en gelukkig voelen in de armen van onze geliefde. Daarbij helpt het ook bij het vormen van een intieme relatie: we durven kwetsbaarder te zijn, durven meer van onszelf te delen en vertrouwen de ander sneller. Een verminderde activatie van de amygdala is trouwens ook aanwezig tijdens een orgasme, even dat je het weet.

Als iemand amygdala zegt, moet ik denken aan de documentaire Free Solo, waar Alex Honnold, een professionele bergbeklimmer op zijn eigen kracht, zonder touw, een enorme berg (El Capitan) in Amerika beklimt. Één verkeerde stap en hij zou te pletter vallen. De film trok volle zalen in 2018, en ook ik zat in de bioscoopstoel. Je moet wel gek zijn, dacht ik, terwijl ik voelde hoe mijn handen plaatsvervangend steeds zweteriger werden bij alleen maar de gedachte dat ik die berg beklimmen moest. (Ik ben geen klimmer, laat staan dat ik het zonder hulplijnen moet doen. Mij niet gezien.) In de documentaire onderzoeken ze de hersenen van Alex Honnold en zien inderdaad dat zijn amygdala minder actief is dan bij ‘normale mensen’. Hij voelt minder angst, die andere mensen wel zouden voelen. Aha! Voor wie zich afvraagt of die bergbeklimmer het overleefd heeft, kijk de film maar. (Of lees de synopsis in Wikipedia, wat ik ook altijd doe als ik een film te spannend vindt.)

Ik moet nog vaak aan de film denken. Niet alleen omdat ik denk dat mijn amygdala iets teveel geactiveerd is in mijn leven omdat ik een vrij angstig mens ben, maar ook moet ik denken aan tijden van verliefdheid en hoe we zo roekeloos kunnen zijn als deze bergbeklimmer.

DE LIEFDE IS BLIND

De frontale cortex is het centrum van ons functioneren, van kunnen oordelen en van logica. Dit alles wordt al gauw overboord gegooid in de liefde. Ook hier is er een verminderde activatie te lezen in dit gedeelte van het brein, wat omschreven kan worden als een oponthoud in ons vermogen om te kunnen oordelen of we krijgen ineens een meer ontspannen kijk van de criteria waarop we normaal gesproken mensen beoordelen. We houden van mensen ondanks hun tekortkomingen, en wat blijkt: we zien ze dus niet eens. Of we veroordelen hen misschien iets minder hard dan normaal, omdat onze frontale cortex beneveld is door verliefdheid.

JIJ BENT EEN ANDERE IK…

Tenslotte is er in de volgende delen van het brein een verminderde activatie te vinden: namelijk de prefrontale cortex, de temporopariëtale kruising (kan jij dit in één keer hardop uitspreken?) en de temporale kwab. Dit zijn de structuren die verantwoordelijk zijn voor het kunnen identificeren van de emoties van andere mensen en er betekenis aangeven. Tijdens verliefdheid werken deze delen van het brein minder, waardoor we minder goed een verschil kunnen maken tussen het ‘zelf’ en ‘de ander’. Volgens ons brein stroomt dus de ander over in onszelf, we vormen samen een geheel… Best mooi dit, toch?

VERLIEFD? WE ZIJN ALS DRONKAARDS EN PUBERS

De prefrontale cortex zorgt ervoor dat we risico’s kunnen inschatten en de gevolgen ergens van in kunnen zien. Bij pubers is deze nog volop in ontwikkeling bijvoorbeeld, waardoor roekeloos gedrag en gevaren opzoeken eerder bij hen te zien is. Ook alcohol zorgt voor een verminderde werking van dit gedeelte van het brein. We leven zo zeer in het moment, dat we, zoals die tante in het begin van het voorbeeld, even vergeten dat we de volgende dag met de gevolgen moeten dealen van die onderbroek die we naar het hoofd van onze zwager hebben gegooid.

Af en toe prik ik tijdens het wandelen het afval in de buurt op en het valt me op dat het afval langs de weg vooral lege chipszakken, plastic verpakkingen van frikandellenbroodjes, lege snoepzakken en lege flessen alcohol of vertrapte blikjes bier zijn. Het bevestigt mijn idee dat pubers en dronken mensen niet nadenken over dat de weggegooide plastic verpakking van een frikandellenbroodje er morgen ook nog ligt. Er is minder een besef van een morgen. Er is minder een besef van dat niemand het afval op zal rapen en dat het nog jaren op dat plekje in de natuur zal blijven liggen. Er is minder een besef dat in de dingen die we vandaag de dag doen en besluiten, de toekomst besloten ligt. Er is niet alleen een nu, het nu is altijd een opeenstapeling van het verleden en van de toekomst die nog komen zal. (Deep. So deep.)

Te weten dat als ik weer eens met mijn kop in de wolken zit, ik eigenlijk als een puber of een dronkaard ben, helpt me met meer wijsheid naar mijn eigen gedrag en gedachten te kijken. Ook weet ik dat verliefdheid nooit blijft aanhouden. Na de zomer, komt er altijd een herfst. De verliefdheid zal wegebben. En dat is maar goed ook, want dan krijgen we we weer een volledig functioneren van ons brein terug waarmee we moeilijke vragen die ontstaan in het verliefd worden op een ander, bijvoorbeeld, kunnen beantwoorden. En daar hebben we ons volledige hersenpannetje voor nodig.

SAMENGEVAT:

We lazen dat die heerlijke stortvloed van dopamine ervoor zorgt dat we ons voelen zweven en blij voelen, net als bij drugs, een verhoging van oxytocine en vasopressine helpen bij het verdiepen van een relatie, terwijl een verminderde werking van onze amygdala ons helpt onze partner meer te vertrouwen. Een verminderde werking van de prefrontale cortex zorgt ervoor dat we de tekortkomingen van onze partner minder goed zien en dat we alles voor onze liefde over hebben. En uiteindelijk zorgt de deactivatie van het herkennen van het ‘zelf’ en ‘de ander’ ervoor dat we een eenheid in de liefde ervaren, dat waar we zo naar verlangen.

 

 

EEN HALVE WAARHEID

Het klinkt hartstikke mooi, maar het is ook wat onhandig. Want ons brein zorgt ervoor dat we maar een halve waarheid zien. “Wil ik bij mijn partner blijven of toch voor de ander gaan?” Is een vraag die eigenlijk pas ná de eerste fase van verliefdheid beantwoord kan worden. En ja, we zullen dingen in de eerste fase van verliefdheid doen waar we misschien later spijt van krijgen. Als je ervoor kiest vreemd te gaan, is het misschien niet eens een bewuste keuze, want het in kunnen schatten van risico’s en weten wat dit met je huidige partner doet, is zo goed als niet aanwezig. We zijn voor even blind. Dronken van liefde. Niet ons hele zelf. (Naast deze wat pragmatische kijk, ben ik ook van mening dat er een waar deel van onszelf naar boven komt in verliefdheid. Dit deel verdient het om onderzocht te worden en om meegenomen te worden naar de toekomst.)

Bij de ander zijn, geeft ons heerlijke shotjes dopamine en oxytocine: geluksgevoel, ontspanning en een gevoel van verbondenheid. Wie wil dat nou niet in een volwassen leven dat zo stressvol kan zijn? Dit verklaart ook waarom het zo verslavend kan zijn om met de ander bezig te zijn. De vraag die we dan onszelf kunnen stellen is: waarom ben ik eigenlijk zoveel met de ander bezig? Waar hoef ik niet mee bezig te zijn, wat hoef ik niet te voelen, als ik bij de ander ben? Of op een romantische wijze aan de ander denk? Of: welke steun hoop ik bij de ander te krijgen om de moeilijke dingen die ik aan moet gaan in mijn leven, aan te gaan?

Het ziek van verlangen-zijn proces is een complex proces. Er valt nog zoveel meer over te zeggen. Maar ik hoop dat je bij het lezen van deze blog iets meer begrip voor jezelf hebt gekregen.

 

Groetjes aan jouw lieve hersenpannetje.

Liefs,
Anne