De hele nacht lag ik te woelen in bed. Mijn Mind was ervan overtuigd dat er ieder moment een inbreker binnen kon komen die mijn spullen zou meenemen, me zou verkrachten en, als ik echt een beetje pech had, me de keel door zou snijden. Slaperig vertelde ik liefkozend aan mezelf dat het niet waar was en dat ik niet bang hoefde te zijn. Tevergeefs, want deze angstgedachte viel niet om met wat intern, semi-moederlijk gesus, mijn Mind was ab-so-luut zeker van zijn zaak. Met alle kracht probeerde het me alert en wakker te houden, zodat ik niet in de zwakke slaap vatbaar zou zijn voor extern gevaar.

Mijn geliefde was een aantal dagen weg en ik had het huis voor me alleen. Sinds dat hij de avond ervoor de deur uitging, begon het. Er was iets goed mis, voelde ik op een manier die ik ken, maar nog nooit zo heftig gevoeld had. Het gevoel was zo overweldigend dat ik vast zat in mezelf. Het voelde alsof ik geen kant op kon.  

Uiteindelijk won de slaap en werd ik vroeg in de morgen wakker. Geen inbreker had besloten onze deur open te wrikken.

De Angst echter, ging ook in de ochtend niet weg. Het lag zwaar op mijn maag en het lukte me niet ermee om te gaan. Ik voelde me absoluut verloren en verlaten. Als in de steek gelaten.

 

Waar du faque kwam dit gevoel vandaan?

Ik deed mijn eigen gemaakte bullshit oefening en het hielp me, godzijdank. In plaats van de dag niet meer aan te kunnen en ‘vast te zitten in mezelf’, kon ik na 30 minuten weer lachen, dansen, zingen, plezier hebben en werken. Mijn onderbuikgevoel bleef raadselachtig op een verre afstand aanwezig, langzaam steeds dichterbij komend. Alsof het door de oefening kilometers ver weg geslingerd was en op zijn gemakje, weer terug aan het wandelen was. 

Aan het eind van de middag, al wandelend langs mijn favoriete slootje waar weinig mensen, maar veel dieren komen en planten zijn, begreep ik ineens wat er aan het gebeuren was. De hele dag lang begreep ik niets van mezelf en dacht ik dat het misschien een nog niet door mij ‘bekende trauma trigger’ was dat mijn vriend wegging. Iets wat ik maar eens moest onderzoeken met een therapeut, dacht ik. Die gedachte voelde niet helemaal waar aan.

Maar toen wist ik het.

Ik was het niet. Het was Covid-19.

Corona. Kroontje. Het grote shit spektakel waar we al ruim een jaar met z’n allen in zitten.

Mijn zenuwstelsel; het systeem dat de hele dag mijn omgeving scant of het veilig is of niet, voelde zich bedreigt zodra mijn geliefde de deur uitging. 

Het had al gauw de conclusie gemaakt: “In je eentje ben je onveilig. Je hebt hem naast je nodig, samen sta je sterker.”

Geen wonder dat ik bang was voor een inbreker. Een inbreker was een creatieve vorm van mijn denken dat een verklaring zocht voor het gevoel van ‘dreiging van buitenaf’. De dreiging van buitenaf is al een jaar lang Corona. Of als je in andere verhalen gelooft: de regering, de kale bal (kabal), B. Gates, de farmaceutische industrie. 

In mij trok de donkere lucht open en begon de zon te schijnen: dit was het. Ineens doorzag ik mijn eigen onderbuikgevoel en stroomde een gelukzalig, ontspannend gevoel door mijn lijf. Ik kon wel janken van geluk. Alle spieren in mijn lijf ontspanden. 

Om eerlijk te zijn voel ik me de laatste tijd angstiger dan ooit.

De angst heeft allerlei goede redenen waarom het angstig mag zijn (het werken aan mijn Ziek van verlangen boek – en mogelijke gevolgen als het wordt uitgebracht, mijn eigen bedrijf, het auto ongeluk dat mijn vriend en ik in oktober hebben gehad etc), maar in de kern is het gewoon angst. Een brok van angst die in me zit en die soms, zoals het bovenstaande moment, me volledig in bezit kan nemen. De Angst gaat creatief te werk om verklaarbare redenen te vinden waarmee ik kan werken. Iets wat ik kan controleren, waar ik misschien wel iets aan kan doen.

Ik geloof dat het niet een angst van mij is die door me woedt, maar dat het een collectieve angst is. Een angst die mijn oerlichaam oppikt in deze tijd en waar het 24/7 mee om probeert te gaan. 

Mijn vriendin noemde het “een onbewuste angst,” toen ik het met haar erover had. Prachtig samengevat. Een angst die er is, maar die je niet per sé waarneemt als angst. 

Ik geloof dat velen van ons deze onbewuste angst kennen nu. Zeker de sterk gevoeligen onder ons. De angst leeft in onze Benedenwerelden. We bevinden ons massaal in een uiterst absurde situatie waarin ik, laat ik het even persoonlijk houden, nog nooit zoveel desinfecterende gel op mijn handen heb gesmeerd in mijn leven (dat spul was vroeger alleen iets voor op reis en voor in de auto) en waarin het gebruik van een mondkapje normaal begint te worden. Zodra ik de deur uitstap, moet ik rekening houden met afstand. Zelfs toen ik laatst een omaatje wilde helpen in de sneeuw, moest ik innerlijk over een enorme drempel heen omdat ik bang was voor de regels omtrent corona. Als ik met iemand op straat praat, denk ik aan ‘speeksel-afstand’. De hele dag door komen we in situaties waarin we worden herinnerd aan dreiging.

Deze constante dreiging is voor ons zenuwstelsel: dat ons veilig wil houden om ons te helpen overleven, een enorme uitdaging. De hele dag door krijgt het het signaal dat we onveilig zijn en dat we ons moeten beschermen. Verandert er iets? Dan slaat het op tilt. Zoals bij mij toen mijn schatje wegging.

Of je nu in corona gelooft of niet, de angst is er. Het hangt in de lucht. Het hangt in families. Het hangt in de supermarkt. Het hangt op tv. En de angst creëert allerlei verklaarbare verhalen die toepasbaar zijn op je eigen leven: zorgen om geld, zorgen om werk, zorgen om een stomme verkrachtende, keel-doorsnijdende inbreker, zorgen om het lichaam, zorgen om eenzaamheid en ga zo maar door.

We zijn verbonden met onze omgeving. Ons zenuwstelsel reageert constant op de omgeving waar je je in begeeft. We hoeven dus niet alles in onszelf te zoeken, maar we mogen ook af en toe de ‘corona-kaart’ spelen.

Het is heel normaal om in deze tijd op momenten helemaal dicht te klappen, te bevriezen, voelen dat je geen kant meer op kan, slecht te slapen. Of het idee te hebben dat je moet vechten, moet strijden, iedereen van jouw verhaal moet overtuigen, een gestrest gevoel te hebben etc. Het is heel normaal om deze sensaties in jezelf te ervaren. Maar, het is belangrijk dat we van de onbewuste angst, een bewuste angst maken. Anders blijven we met z’n allen de pan uit rellen.

De terugkerende vraag mag blijven: is mijn angst reëel of niet? (Wees kritisch!)
En hoe kan ik mezelf weer naar een staat van veiligheid en ontspanning brengen? Wat heb ik nodig?

Voor mij helpt het om (mijn eigen) zelfhulpmethodes te doen, zoals de bullshit-oefening: om de weg vrij te maken naar het kunnen ontvangen van een diepere waarheid. Het helpt me om me te verbinden met vrienden en familie. En om naar de natuur te gaan. 
Heel eerlijk: als ik opgesloten in mezelf zit, lukt het me niet altijd om me te verbinden met anderen. Ik kan dan ook hen als een aanval zien. Maar zodra ik een flink blokje om heb gelopen én een zelfhulpmethode heb gedaan, komt er weer ruimte om in contact met hen te staan en kan ik hun liefde ontvangen. Die ze zo in overvloede willen geven. 🙂

Of al het bovenstaande over onze collectieve/ onbewuste angst nu waar is of niet,
het verhaal geeft me meer compassie voor de terugkerende angst in mij in deze tijd.

En uiteindelijk draait het daar om, toch?

Welk verhaal, welke gedachte, brengt de meeste compassie voor mezelf op dit moment zodat ik meer kan aanvaarden wat ik voel? Zodat ik de innerlijke strijd kan loslaten en me kan overgeven aan wat er, van nature(!), door me heen komt?

Meer weten over het zenuwstelsel en onze zoektocht naar veiligheid? Ik beveel het werk van Stephen Porges aan: the polyvagal theory. Deb Dana werkt veel met Porges samen en is een prachtige vertaalster en spreker van deze prachtige theorie. 

Omgaan met paniek

Omgaan met paniek

Ze praat snel. Ik hoor de paniek in haar stem via de speaker van mijn telefoon die op luidspreker staat. Met mijn ogen gesloten leun ik achterover in mijn stoel terwijl ik naar haar spraakwaterval luister. Ik ben opgehouden dingen te noteren in mijn notitieboekje....

Lees meer
De grootsheid in jou

De grootsheid in jou

Hoezeer we ook met onszelf in de knoop kunnen zitten Hoe lelijk we naar onszelf kunnen praten  Hoezeer we de hoop op een goede toekomst ook opgegeven kunnen hebben en totaal geen perspectief meer zien Hoe donker het innerlijk nu kan zijn op momenten Hoe fel het...

Lees meer
Eenzaamheid vermomt zich in vele jasjes

Eenzaamheid vermomt zich in vele jasjes

artwork van Brian Kershisnik Met hangende schouders staar ik naar het door mij eerder volgekladde papiertje met alle dingen die ik van mezelf nog moet doen. Ik heb nog twee weken, denk ik bij mezelf, voordat de coachingspraktijk weer opengaat. Voor die tijd moet het...

Lees meer
Gaan voor wat ik wil

Gaan voor wat ik wil

Iedere dag kijk ik ongeduldig uit mijn raam of mijn tulpen al groeien. En nee, dat is geen codetaal voor iets schunnigs. Ik plantte daadwerkelijk een paar bollen vorige herfst, langs het pad waar mijn coachees naar de voordeur wandelen. Ik stelde een koninklijk entree...

Lees meer
Jezelf dragen

Jezelf dragen

Waarom het zo eng is weet ik niet. Maar ik doe er soms uren, en laten we eerlijk zijn: ik doe er soms dagen over voordat ik ga zitten, mijn lichtblauwe moleskine dagboek met vlekken erbij pak en ga schrijven.   Ik begin altijd hetzelfde: ik schrijf de datum op, zet...

Lees meer